Beleidsvisie kleine vijver HSV 't Tipke

Inleiding.

Het beleidsplan voor de kleine vijver omschrijft de wensen en doelen voor de kleine vijver van HSV ´t Tipke.

Uitgangspunten van het beleidsplan zijn:

• De gezondheid van de vissen in de kleine vijver komt altijd op de eerste plaats;
• De recreatie hengelaars dienen in de zomer periode minimaal een keer per kwartier beet te krijgen;
• De wedstrijdvissers dienen allemaal minimaal 1 vis per half uur te vangen, doel is 30-40kg per wedstrijd;
• De visstand dient gevarieerd te zijn;
• De kleine vijver dient tevens als opgroei vijver voor karper voor de grote vijver;
• De visplaatsen dienen goed toegankelijk en te bevissen te zijn;
• De waterkwaliteit dient goed te zijn;
• De waterstand van de vijver dient zo constant mogelijk te zijn in hoogte;

Het beleidsplan voor de kleine vijver wordt gevoerd door de beleidscommissie kleine vijver.

Visbestand.

Om de hengelaars de mogelijkheid te bieden om voldoende beet te krijgen, dient het visbestand voldoende groot te zijn. Hoe groot dit visbestand moet zijn is in principe onbelangrijk, wanneer men voldoende beet krijgt en de vis ziet er goed gezond uit, is het doel bereikt. Belangrijk is om de vangsten te monitoren d.m.v. een hengelvangst registratie.

De mate waarin de vis bijt kan worden geactiveerd door het bijvoeren d.m.v. vismeel pellets. Al vele jaren wordt bijgevoerd in de periode van april t/m november waarbij rekening wordt gehouden met de temperatuur van het water. Wanneer de watertemperatuur 12°C wordt de hoeveelheid pellets beperkt tot 1 emmer (= ca. 5 kg), bij hogere temperaturen, vanaf 15°C worden er 2 emmers pellets gevoerd. Wanneer de temperatuur beneden 15°C zakt wordt wederom maar 1 emmer pellets gevoerd. Tot op heden zien alle vissen mooi en volgroeid uit.

De hengelaars op de kleine vijver zijn divers, er wordt zowel gevist met een vaste hengel als ook met de feeder hengel. Daarnaast wordt in de koude periode regelmatig op roofvis gehengeld. Nu met de aangelegde dam, bestaat ook vliegvissen tot de mogelijkheid. Om iedereen de mogelijkheid te geven om zijn/haar vis te vangen, dient het visbestand gevarieerd te zijn. De variatie dient voor de vaste hengel en feeder visser te bestaan uit karper, F1 kruiskarper, brasem en zeelt. Het beleid van de vereniging is om alle vissoorten uit te zetten m.u.v. brasem en voorn. De redenen om geen brasem en voorn uit te zetten komt voort uit het feit dat brasem wordt onttrokken uit de Biesbosch en andere open wateren. Na uitzetting in visvijvers blijkt >75% van de uitgezette brasem dit niet te overleven. Overigens is op korte termijn brasem ook niet meer te koop. M.b.t. het beleid van het niet uitzetten van voorn: dit komt voort uit de aalscholver problematiek waarmee we hebben te maken. De predatie van voorn door de aalscholvers is dermate hoog dat het geen haalbare zaak is om een goed voorn bestand op te bouwen.

Het roofvisbestand, bestaande uit snoek en baars, is voldoende groot, visuitzettingen zijn daarom niet noodzakelijk. 

Het visbestand voor de vliegvissers is voldoende groot en gevarieerd, dat extra uitzettingen niet nodig zijn. 

De grote vijver heeft af en toe aanvulling nodig vanuit de kleine vijver vanwege natuurlijke sterfte. De kleine vijver wordt daarom gebruikt als een quarantaine vijver voor visuitzettingen op de grote vijver. T.g.v. dit uitzet beleid voor de grote vijver, zal worden voorkomen dat de grote karpers omvallen t.g.v. meegebrachte ziektes door jonge vissen. De karpers welke overgezet kunnen worden, moeten een voldoende groeipotentie hebben om uit te groeien tot vissen van 20+ kg vissen. De vissen welke van de kleine naar de grote vijver worden overgezet, hebben een minimaal gewicht van 9 kg. Afgesproken is dat dit maximaal 10 vissen per jaar betreffen. Op het moment van schrijven, is er nog steeds een onderbezetting aan vis en groeit de vis nog prima. Wanneer de groei van de vis stil gaat staan, vanwege overbezetting, zal het beleid aangepast worden en zullen vissen na het 2^e of 3^e jaar na uitzetting al worden overgezet. Het eerder overzetten van de vis waarborgt dat de karpers uiteindelijk ook zullen doorgroeien naar 20+ kg karpers. 



De visplaatsen dienen goed toegankelijk en te bevissen te zijn.

Algemeen

De visserij aan de kleine vijver bestaat in hoofdzaak uit hengelen met de vaste hengel en de feeder hengel. De visstekken bestaan voornamelijk uit visplaatsen met een afmeting van ca. 2,5 – 3 meter breed en 2,5 – 5 meter diep. De visstekken liggen 15 – 20 meter van elkaar. Het hengelen met de vaste stok geschiedt vanaf een visplateau op een afstand van ca. 10 meter. Het hengelen met de feeder hengel geschiedt meestal vanaf hengelsteunen en de afstand varieert van 10 – 80 meter. De wens met de feeder is daarom een ondergrond waarin de hengel steunen in de grond worden (geen harde eis ) geplaatst. Daarnaast moet er makkelijk uitgegooid kunnen worden, hoge struiken/boompjes direct aan de visstek zijn daarom ongewenst.  De eisen voor de vliegvissers is dat voor en achter de visplaats geen hoge bomen of struiken staan, aanplant op de dam met hoge beplanting is daarom ongewenst. Verder is een algemene eis dat de vis veilig kan worden geland, struiken e.d. in het water voorbij de visplaats zijn daarom ongewenst. Vanzelfsprekend moet een visstek veilig zijn, gaten, verzakkingen e.d. moeten zsm worden opgelost.

Wat te doen t.a.v. snoeiwerkzaamheden e.d.

• Snoei struiken en boompjes links en rechts van de visstek.
• Snoei struiken welke in het water groeien zodanig dat deze niet voorbij de visstek komen.
• Snoei bomen op de dam terug naar een hoogte van 3 meter.
• Rooi bomen aan de waterkant welke een stam omvang hebben van 40 cm of meer.
• Maak een planning voor 5 jaar zodat het onderhoud behapbaar wordt, anders lopen we over!

T.a.v. de witvissteigers aan de A2 zijde: indien er gaten ontstaan, deze zo spoedig mogelijk herstellen; de steigers voorzien van graszoden (kosten ca. € 3,=/m2 ofwel €45,= per stek) of voorzien van kunststof graszoden (kosten ca. € 8,=/m2 ofwel €120,= per stek)

Aanpassen vissteigers aan de Driebos.

Op dit moment worden elke 2 – 3 jaar de beton triplex platen aan de Driebos vernieuwd omdat de platen dan niet meer veilig zijn voor gebruik. Op termijn zal dit vervangen moeten worden door een ander type steiger. In Budel, bij ’t Ringselven, heeft men steigers gemaakt uit betonplaten, versterkt met staalkabels welke duurzaam zijn. Daarnaast zijn de kosten hiervan beduidend goedkoper dan de kosten van de schanskorven aan de grote vijver. Nader onderzoek dient nog worden uitgevoerd, geschatte kosten voor dit type steigers is ca. €1.500 per stuk. ABC hekwerken levert dit type steigers.

Slibdikte laag in de vijver.

Het visbestand in de kleine vijver heeft een hogere bezetting dan de natuurlijke draagkracht. Om de vissen in conditie te houden, wordt er bijgevoerd. Vanwege het hogere visbestand komt er ook meer organisch materiaal vrij in de vorm van poep. Gevolg kan zijn dat de slibdikte laag kan groeien, het is daarom noodzakelijk om jaarlijks op enkele aangewezen plaatsen de slibdikte laag te meten. Indien de laag te dik wordt, kan dit worden bestreden met zogenaamd cocolieten krijt.  Zie IB 830 Krijt tegen slib. In 2023 heeft de Federatie Zuidwest Nederland enkele slibdikte metingen uitgevoerd, de dikte van het slib was maar enkele centimeters dik, dun van structuur en bevatte geen geuren.

www.waterschappen.nl/waterschap-gaat-slib-verminderen-door-krijt/   

Aalscholver predatie.

De vijvers van onze vereniging worden jaarlijks belaagd door een groot aantal aalscholvers in het najaar. Het aantal aalscholvers dat op jacht gaat naar vis is in deze periode tussen 60 en 80 stuks. Ondanks dat er her en der diverse rietkragen en wilgenbossen aanwezig zijn, hindert dit de aalscholvers onvoldoende in hun jacht naar vis. De predatie op jonge vis is daarom enorm, zoals ook te zien was tijdens het visserijkundig onderzoek begin 2023. Enkele kleine brasems (tot ca. 12 cm) zijn gevangen maar de tussenmaat van 15 tot 45 cm ontbreekt nagenoeg. Om de jonge vis meer de kans te geven om op te groeien, en het de aalscholvers moeilijker te maken om vis te bemachtigen, worden er een 3-tal schuilplaatsen aangelegd. De geplande plaatsen zijn in de hoek van de dam en Driebosweg, hoek van de Driebosweg en A2 en de gehele breedte van de kleine dam over een breedte van ca. 3 meter. De plaatsen worden afgezet met schapengaas, verticaal in het water tot de bodem, en horizontaal d.m.v. staaldraad of ijzerdraad zodat de aalscholver niet van boven in het water kan duiken.

Hengelvangst registratie.

In 2023 is gestart met een hengelvangst registratie en uit deze registratie komt het volgende naar voren:         

• De karpers in een goede conditie verkeren;
• Diverse brasems mager zijn;
• Vangsten in de ochtend en avond beter zijn dan in de middag;
• Zeelt wordt vooral in de periode einde juni tot midden juli gevangen, zelfs jonge zeelten (ca. 12 cm) worden gevangen;
• De vangsten lopen vanaf juni sterk terug (70%);
• De vangsten tijdens de wedstrijden zijn mager waardoor de deelnemers afhaken;
• De hengelaars, welke de hengelvangstregistratie hebben uitgevoerd, hebben tussen 1,13 tot 2,66 beten per uur. Gemiddeld bedroeg het aantal beten 2,02 per uur, doel is 4 beten per uur;
• Totaal zijn door de hengelaars welke de registratie bijhielden 670 karpers; 114 brasems en 100 zeelten gevangen.

Waterkwaliteit.

De Federatie Zuidwest Nederland heeft in 2023 enkele waterkwaliteitsmetingen uitgevoerd. De metingen geven aan dat de kwaliteit en zuurstofgehalte van en in het water goed zijn.

Visuitzettingen.

Naar aanleiding van de diverse bovenstaande parameters en nog te geringe vangsten, is besloten om in 2024 uit te zetten: 250 kg F1 kruiskarpers. De gekozen leverancier is de Fa. Vandeput uit Zonhoven in België. Vanwege de grote aantallen aalscholvers in het najaar, is besloten om de visuitzetting zo laat mogelijk in maart 2024 te laten plaats vinden.